Feitjes over tijd, tandwielen en toekomst..

Museum Maagdenhuis te Antwerpen organiseerde samen met De KlokkenDokter in het kader van Erfgoeddag in 2008 de tentoonstelling “Over tijd, tandwielen en toekomst” en rond de geschiedenis van ⇒de Slingerklok van Jean Baptiste Peerens die door De KlokkenDokter vakkundig hersteld is.

Over tijd in 1750…Toen zonnewijzers nog het uur bepaalden!
In die tijd waren de slingerklokken heel modern en de gebruikte techniek was vrij nieuw. Het waren klokken, die prima functioneerden.
Maar deze eerste slingerklokken werden zeer argwanend bekeken: de klok gaf niet hetzelfde uur aan als de zonnewijzer! Het verschil kon oplopen tot wel 15 minuten.
Behalve de prestige van het bezit van een slingerklok, stelden ze dus tijdkundig niet veel voor. Deze klokken hielden wel het uur bij gedurende de duisternis of bewolking om momenten te overbruggen dat er geen schaduw zichtbaar was van de aanwijzer op de zonnewijzer.

Over tijd van 1793-1796

In België werd de Franse Republikeinse kalender ingevoerd.
Een jaar had 12 maanden van 30 dagen. Daar werden 5 of 6 feestdagen aan toegevoegd: samen 365 of 366 dagen. De week werd vervangen door de decade, een periode van 10 dagen. De dagen telden 10 uren, van 100 minuten, van 100 seconden. De nieuwe seconde duurde 0,864 oude seconde. Met het rekensommetje 10 x 100 x 100 x 0,864 kwam men op het juiste aantal seconden voor een dag: 86400. Bij alle bestaande klokken moest de wijzerplaat en het raderwerk worden aangepast. Dat was onmogelijk. Daarbij had men maar eens in de 10 dagen (in plaats van 7) een vrije dag. Ook de maanden kregen nieuwe namen.

Op een geboorteakte (zie foto hieronder) staat bij Frimaire: nom du Mois, om aan te duiden wat dat rare woord betekent. Frimaire was de derde maand van de Franse Republikeinse Kalender. De naam betekent: Rijpmaand. Vergeleken met onze kalender begon de maand op 21, 22 of 23 november en eindigde op 20, 21 of 22 december. Iedereen vond het systeem veel te ingewikkeld het werd snel weer afgeschaft.

Over tijd in 1850. Klokken bepaalden de tijd, maar hun tijd werd indien nodig gecorrigeerd met een zonnewijzer en een tabel. Nog slechts vier dagen per jaar stond de kloktijd gelijk met de zonnewijzertijd: dit zijn de punten A B C D in de grafiek. Ook de trein (sinds 1835) en later de bus en tram hadden ieder hun eigen tijd.

Over tijd in 1907 geeft het volgende tekstje een indruk (Bewerkte tekst van Rob van Gent, Universiteit Utrecht http://www.phys.uu.nl/~vgent) .

Onlangs vertrok ik uit een plaatsje over de grens om 12.11 Duitse tijd en arriveerde in België om 11.42 spoortijd; de torenklok stond op 12.07. Mijn aansluiting vertrok om 3.42 spoortijdDe tram die ik wilde nemen stond reeds voor het station. Hoe laat vertrekt u, conducteur?nOm 12.50, mijnheer. Nu, dan ga ik nog een half uurtje de stad in. Pardon, mijnheer, wij gaan nu, het is al over tijd. Maar het is toch pas 11.52? Jawel, maar wij rekenen Duitse tijdConducteur, ik moet om 3.42 spoortijd mijn aansluiting hebben. Kan ik terug rijden of moet ik lopen? Niet nodig, mijnheer, om 3.40 komen wij terug en dan bent u 3.30 aan het station. Om 3.40 vertrekken en om 3.30 aankomen. Houd nu je hoofd maar bij elkaar.

Over tijd vandaag.
Slingerklokken worden nu niet meer gebruikt voor de wetenschappelijke tijdmeting. De tijd wordt nu bepaald door atoomklokken. Deze klokken wijken niet meer af dan 1 seconde per 30 miljoen jaar! Een zender Mainflingen (Duitsland) verspreidt die tijd over Europa. Radio gestuurde klokken, kunnen die tijd ontvangen. Iedere seconde worden de gegevens doorgestuurd over de exacte tijd, de dag, de datum en het al dan niet aanwezig zijn van zomertijd.

Over tandwielen.
De klok van  Jean Baptiste Peerens, in het Museum Maagdenhuis te Antwerpen is door de eeuwen heen ‘bij de tijd’ gehouden en hersteld. Toch functioneerde het raderwerk niet meer door al deze aanpassingen. Zichtbare mankementen waren er niet. De KlokkenDokter uit Kapellen, die de klok in 2007 restaureerde, gebruikte twee methoden om het raderwerk te onderzoeken en de problemen wel zichtbaar te maken.
1. Met de gegevens van het bestaande raderwerk berekende de computer het ideale raderwerk-ontwerp voor deze klok. Dit werd vergeleken met het bestaande raderwerk. De foto illustreert het onzichtbare dat dan zichtbaar wordt: alleen het middelste van de drie kleine tandwieltjes is juist, de andere zijn 10 % te groot en te klein. Een kleine -niet zichtbare- rekenfout bij een vroegere aanpassing veroorzaakte het stilvallen van de klok.


2. De slingerbeweging werd een dag elektronisch waargenomen. De tijdsduur tussen iedere tik en tak werd grafisch weergegeven.  Uit deze meetresultaten zijn de aard en de plaats van de problemen af te lezen.

Over tijd in de toekomst.
Het is vastgesteld dat de aarde steeds trager draait. Het is gevolg is dan een tijdkundig probleem: Als één etmaal op een klok wel altijd 86400 seconden lang is, duren de seconden in de toekomst ook langer! Dat kan natuurlijk niet. Daarom is er aan het einde van het jaar soms een minuut met 61 seconden. Het moment van toevoegen van die ene seconde is niet te voorspellen en dat vinden computernetwerken en navigatiesystemen niet leuk. Die ene enkele seconde verschil kan er namelijk voor zorgen dat uw navigatiesysteem u bijvoorbeeld naar een andere bestemming brengt dan de bedoeling is. Wetenschappers bestuderen nu of deze schrikkelseconde in de toekomst beter wordt afgeschaft.

In de tentoonstelling in 2008 werd getoond hoe de bewegingen van Aarde, Maan, Zon en sterren hebben geleid tot de systemen voor tijdsmeting en tijdsindeling zoals we die nu kennen. Dagen, seizoenen en getijden geven de eerste eenvoudige ritmen. In de ontwikkeling van tijdssystemen werden telkens nieuwe onvolmaaktheden duidelijk.
Het hemellandschap houdt nog heel wat verrassingen verborgen, die van tijdmeting en tijdrekening een complexe materie maken. Problemen werden opgelost, bestaan nu nog steeds en nieuwe problemen zullen opduiken in de toekomst. Tijd en ruimte blijven voor mysteries zorgen.

=>Tijdmeting, slingers en klokkentechniek
=>Tijdlijn KlokkenDokter